Het UWV signaleert dat het vaker voorkomt dat zieke werknemers instemmen met een vaststellingsovereenkomst om hun dienstverband te beëindigen. Deze werknemers lopen het risico dat hun WW-uitkering wordt teruggevorderd en ze geen ziektewet-uitkering ontvangen. De wet beschermt werknemers echter met een bedenktermijn van veertien dagen.
Sinds de invoering van de Wet werk en zekerheid (Wwz) in 2015 hebben werknemers het recht om binnen veertien dagen een getekende beëindigingsovereenkomst te ontbinden. Als de bedenktermijn niet in de overeenkomst staat, geldt een termijn van drie weken.
Wet beschermt werknemers
Deze bepaling beschermt werknemers die mogelijk onder druk of zonder goede voorlichting een overeenkomst tekenen. Zij hoeven geen reden op te geven voor het terugdraaien van hun besluit.
Soms na bedenktijd aanvechten mogelijk
In sommige gevallen kunnen werknemers zelfs na de bedenktermijn de overeenkomst aanvechten. Dit kan bij dwaling, bedrog of misbruik van omstandigheden. De werknemer moet het bewijs hiervoor wel zelf leveren.
Voorkom mislopen uitkeringen
Werknemers die een vaststellingsovereenkomst voorgelegd krijgen, doen er goed aan zich te laten informeren over hun rechten om het risico op het mislopen van uitkeringen te voorkomen. Ondanks dat er situaties zullen blijven waarin een werkgever (zieke) werknemers een vaststellingsovereenkomst laten tekenen onder druk of zonder de werknemer op de gevolgen van het met wederzijds goedvinden beëindigen van de arbeidsovereenkomst te wijzen, zijn werknemers sinds de Wwz dus wel extra beschermd met de bedenktermijn.
