Na een sollicitatiegesprek in 2010 krijgt de werknemer een e-mail met daarin een voorstel voor een arbeidsovereenkomst. In het voorstel staan meer dan 30 punten waaronder de functienaam, het aantal uren per werkweek, het salaris, reiskostenvergoeding, ingangsdatum van 1 maart en een proeftijd van 1 maand, overgaand in een jaarcontract. Op 21 februari krijgt de werknemer een e-mail waarin staat dat de werkgever terug komt op het aanbod. De werknemer is het hier niet mee eens en is van mening dat er een arbeidsovereenkomst tot stand is gekomen. De werknemer vordert daarom een maandsalaris inclusief reiskostenvergoeding.
Standpunten
De werkgever is van mening dat het voorstel per e-mail slechts een opsomming was van de voorwaarden in plaats van een arbeidsovereenkomst. Daarnaast is de werkgever van mening dat wanneer er een arbeidscontract tot stand is gekomen de werknemer in de proeftijd is ontslagen. De werknemer is van oordeel dat er wel een arbeidsovereenkomst is omdat er na ontvangst van de e-mail contact is geweest tussen werkgever en werknemer.
Oordeel kantonrechter
De kantonrechter is van oordeel dat tussen beide partijen een arbeidsovereenkomst is gesloten. De werkgever heeft per e-mail een voorstel gedaan en de werknemer heeft dit telefonisch aanvaard. Uit vaststaande feiten maakt de rechter op dat er uitvoering is gegeven aan de arbeidsovereenkomst.
De proeftijd is niet schriftelijk overeengekomen als bedoeld in artikel 7:652 lid 2 BW. Er bestaat immers geen schriftelijk stuk afkomstig van R. waarin deze zich akkoord heeft verklaard met een proeftijd. Hierdoor is volgens de kantonrechter de proeftijd niet rechtsgeldig overeengekomen.
Beslissing kantonrechter
De kantonrechter gaat uit van een arbeidsovereenkomst zonder proeftijdbeding, en daarom is de arbeidsovereenkomst onregelmatig opgezegd. De werkgever moet daarom de werknemer het gevorderde bedrag betalen. Door de verrichte buitengerechtelijke werkzaamheden zijn ook de incassokosten toewijsbaar.