De overgang van school naar werk is een keerpunt in het sport- en beweeggedrag van volwassenen tussen 18 en 34 jaar. Toenemende werkdruk, langere reistijden en een veranderd dagelijks ritme zorgen ervoor dat sport en bewegen onderaan de prioriteitenlijst belanden. Dat is zorgelijk: wie stopt met sporten, pakt dit meestal niet vanzelf weer op, met langdurige gevolgen voor de gezondheid.
Dit proefschrift toont aan dat de school-naar-werktransitie relateert aan minder sportdeelname, minder beweging en een verschuiving van teamsport naar individuele sport. Tegelijkertijd blijkt dat eigenschappen van het werk en sociale steun hierin het verschil kunnen maken. Jongvolwassenen blijven vaker actief wanneer zij meer zeggenschap hebben over hun werk of zich gesteund voelen voor vrienden en collega’s. Sport in groeps- en teamverband, waarbij zulke sociale verbondenheid centraal staat, speelt bovendien een sleutelrol in het bevorderen van mentale gezondheid.
De inzichten uit dit proefschrift onderstrepen het belang van beleid dat inzet op toegankelijke teamsport en een stimulerende werkomgeving tijdens de school-naar-werk transitie. Door sport en bewegen een vast onderdeel te maken van het werkende leven, leggen we een basis voor gezonde leefgewoonten en blijvend fysiek, mentaal en sociaal welzijn.
