Als het nodig is om hardnekkige denkpatronen te doorbreken, helpt indirect en beleefd zijn niet. Het is wenselijk om rekening te houden met de ander, maar wat helpt die ander nou méér: dat de lieve vrede bewaard blijft of dat je hem helpt een positieve verandering door te voeren? Af en toe is een confrontatie nodig.
In tegenstelling tot wat we soms denken, heeft een confrontatie niets te maken met geschreeuw en vuisten op tafels. Een goede confrontatie maakt iets los bij je gesprekspartner: het vergroot zijn zelfaccepterend en zelfoplossend vermogen en het leidt tot een zichtbare verbetering in zijn houding, gedrag en resultaten. De volgende gespreksvaardigheden helpen je om op de meest effectieve manier een confrontatie aan te gaan.
1. Benoem gedragspatronen
Deel jouw observaties met de gesprekspartner. “Het valt me op dat…” Vervolgens kun je diegene vragen of jouw observatie klopt, of je gesprekspartner zich hierin herkent.
2. Benoem discrepanties
Je hoort je collega dingen zeggen, maar hij straalt heel wat anders uit of hij verzuimt te doen wat hij belooft. Spreek jouw observaties uit en vraag om een reactie.
3. Benoem het effect van gedrag
De discrepanties of het ineffectieve gedrag roepen vragen bij jou op. Ze maken je onzeker en dat mag je best zo zeggen. Vraag je medewerker of hij jouw gevoelens begrijpt en bespreek mogelijkheden ter verbetering van het gedrag, waarbij je gesprekspartner zelf oplossingen aandraagt en voorstellen doet.
4. Stel verstarde denkbeelden ter discussie
Heeft je collega irreële of overdreven denkbeelden? Confronteer hem hiermee door dit aan de kaak te stellen. Bijvoorbeeld: “Je zegt dat niemand jouw ideeën op prijs stelt. Toch kan ik zo drie voorbeelden noemen waarbij jij wel degelijk de inspiratiebron was. Weet je welke?”
5. Provoceer om zelfstandig denken aan te moedigen
Je kent de spreuk vast wel: als je keer op keer dezelfde dingen doet, verwacht dan geen nieuwe resultaten. Wanneer jij wilt dat je medewerker een persoonlijke of professionele doorbraak maakt, dient hij zelf oplossingen te zoeken en keuzes te maken. Hij mag zich niet achter je verschuilen. Doet hij een beroep op je terwijl hij het zelf prima af moet kunnen, dan mag je best provoceren: “Vraag gewoon aan die klant of hij niets beters te doen heeft dan jouw tijd te verspillen!”