Langzaamaan gaan steeds meer kantoren (deels) open. Dat is even wennen, ook voor organisaties die nu moeten beslissen hoe het flexibele werken vorm krijgt als straks alle coronarestricties zijn opgeheven. Welke lessen trekken bedrijven uit het massale thuiswerkexperiment van de afgelopen anderhalf jaar? Wij vroegen meer dan 400 bedrijfsleiders en ruim 800 professionals wereldwijd welke veranderingen zij verwachten na de coronapandemie.
1. Mogelijk einde van de kantoortuin en inkrimpen van de kantoorruimte
Voor de pandemie speelden bepaalde bedrijven een voortrekkersrol met hun innovatieve kantoren. Vooral organisaties in de technologiesector leken in een ‘kantoorstrijd’ verwikkeld en probeerden zich te onderscheiden met luxezaken als barista’s, fitnessruimtes en zelfs heuse game-rooms.
Hoe spectaculair ook, wat veel van deze – en andere – bedrijven gemeen hebben, is de kantoortuin: de open vloerindeling met weinig ruimte tussen de werknemers. Voor de pandemie werd de kantoortuin al vaak verfoeid en misschien is de coronacrisis wel het laatste zetje richting de afgrond. Is het immers nog wel verstandig om met een grote groep mensen in één, veelal afgesloten ruimte te zitten? En zelfs als de gezondheidsrisico’s buiten beschouwingen worden gelaten hebben veel werknemers zich de laatste tijd gerealiseerd dat ze in een rustigere (thuis)omgeving productiever zijn.
Een andere mogelijke trend die het gevolg kan zijn van flexibel werken: het downsizen van kantoorruimte. Momenteel overweegt maar liefst 30% van de organisaties zijn kantoren in te krimpen.
2. Werken op afstand
Bijna de helft (45%) van de werknemers mocht voor de pandemie niet op regelmatige basis thuiswerken, maar 80% verwacht deze flexibiliteit wel te hebben na afloop van de coronacrisis.
Concreet betekent dit dat organisaties hun werkmodellen van voor de pandemie misschien opnieuw moeten evalueren. Zo is 65% van de ondervraagde organisaties van plan om thuiswerken vaker toe te staan dan voor de coronacrisis. Belangrijk is wel dat managers in dat geval oog (blijven) houden voor de werkomstandigheden van hun collega’s. Ruim een derde (37%) van de respondenten gaf aan dat zij door het thuiswerken langere dagen maakten en 48% gaf aan dat het thuiswerken invloed had op hun mentale gezondheid. Zorg er dus voor dat werknemers die thuis willen werken ook de mogelijkheid hebben om tijdig uit te loggen en dat er ruimte is voor sociale interactie, bijvoorbeeld door regelmatig toch naar kantoor te komen.
3. Output-driven management
68% van de werknemers vindt dat managers zich meer moeten focussen op resultaten in plaats van op gewerkte uren, blijkt uit onze enquête. Een wens die dankzij het thuiswerken misschien vaker realiteit wordt.
Wanneer we minder zicht hebben op wanneer iemand op kantoor werkt, is het belangrijk dat leidinggevenden kunnen overschakelen op een resultaatgerichte mentaliteit, waarbij behaalde doelstellingen de maatstaf zijn voor succesvol presteren, en niet het aantal uren op kantoor. Voor veel organisaties kan dit een uitdaging zijn, aangezien 62% van de ondervraagde werknemers van mening is dat hun managers de voorkeur geven aan meer traditionele werk- en evaluatiepatronen. Maar toch: om aan de wensen van werknemers te voldoen, zal een betere balans gevonden moeten worden tussen het beoordelen op aanwezigheid en het beoordelen op behaalde resultaten.