Afgelopen week heb ik een zaak afgerond, die ging over uitersten. 2 Collega’s liepen vast. Al jaren. Zodra erover gesproken werd, liepen de spanningen op en volgde een ziekmelding. Verbeterdossier werd aangemaakt, maar bleef vrij leeg vanwege de lange ziekmeldingen. 2 Wekelijkse verbetergesprekken volgden. Dit werd zelfs al tijdens de re-integratie opgestart.
Heel heftig, voor beide collega’s. Want het werk dat bleef liggen, kwam op het bord van de ander. Fouten die de een maakte, moest de ander oplossen. De een maakte extreme dagen om het werk van de ander erbij te doen. Beiden waren ongelukkig, het kon zo niet langer. Ze sliepen slecht hierdoor.
Maar voor de slecht functionerende werkneemster kwam dit slaapgebrek niet door het werk, maar door de thuissituatie. Ze had een terminaal zieke man. Haar zorgen om hem zorgden voor verminderde focus en slaapgebrek. Werk was minder belangrijk. Ze zou haar man verliezen. De laatste kerst, de laatste jaarwisseling. Dan ben je aan het overleven. En neem je het zoveelste verbetertraject op de koop toe, maar verandert er op het werk niets. Want thuis zal er binnenkort al genoeg veranderen.
Woedend
Dat was hij. Niet gewoon boos, maar echt woedend. Op zijn collega. En op mij. En eerlijk gezegd ben ik ook een beetje boos.
Wat was er aan de hand? Twee collega’s hadden beiden agressie problemen. Dat vonden ze tenminste van elkaar. Hoe dan ook, de samenwerking was zo geëscaleerd dat de politie eraan te pas moest komen om een handgemeen te sussen.
Ze zagen dat er teveel gebeurd was om te gaan samenwerken alsof er niets aan de hand was. Dat was gunstig, dit duidde op een draagvlak om met mediation te starten. Er moest veel uitgepraat te worden. Dat zagen ze allebei. Zo konden ze ten slotte niet verder. De inzet om een oplossing te vinden leek aanwezig te zijn. Ze riepen allebei dat ze echt wilden meewerken.
Mediation kan succesvol zijn als de strijd niet te ver is geëscaleerd. Denk aan de klassieke film “The war of the Roses”. Het gaat om een vechtscheiding, waar mensen liever strijdend ten ondergaan, dan de ander iets te gunnen.
In mijn zaak bleek het conflict helaas ook te ver gevorderd. Er was geen wens om te luisteren. Geen vertrouwen. Zoveel woede. Vlammende ogen. Niet voor rede vatbaar. Zo jammer, want tot nu toe was het mij altijd gelukt om een mooie oplossing te bewerkstelligen. En nu lukte het niet. En daar ben ik stiekem ook wel een beetje boos om.
Bemoei je met je eigen zaken
Als arbeidsrechtadvocaat komt iemand bij mij met een probleem. En ik zoek naar een oplossing. Kijk of de wet wel op de juiste wijze is toegepast. Ik bestudeer feiten.
Als arbeidsrechtmediator komen 2 partijen bij mij met een probleem. Ik help hen om zelf naar een oplossing te zoeken. Dat kan zelfs een oplossing zijn die afwijkt van de wet (bij regelend recht). En ik vraag naar feiten om erachter te komen hoe mensen bepaalde zaken hebben ervaren. Want er zijn geen vaststaande feiten, alleen jouw perceptie van feiten.
Hoe jij dit inkleurt, hangt helemaal af van jouw ervaringen, jouw opvoeding. Dus dat is nooit hetzelfde voor 2 verschillende mensen. Misschien zelfs nooit hetzelfde op 2 verschillende dagen. Veronderstel niets vanuit je eigen achtergrond, maar stel vragen, en blijf doorvragen. Ga zo diep mogelijk, tot je niets meer kan verzinnen om te vragen.
Wordt dat gewaardeerd? Het resultaat uiteindelijk wel, want de vraag ordent je gedachten. Je realiseert zaken die je misschien helemaal niet bewust was. Voor de ander geeft het inzicht in wat zijn gedrag met een ander doet. Hoe hij dat nu kan oplossen en een volgende keer voorkomen. En mij leert het steeds inzicht te krijgen hoe boeiend mensen zijn. Geen dag hetzelfde.
Op dit artikel is de volgende disclaimer van toepassing.