12-09-2024 /auteur ANP Producties
GORINCHEM (ANP) – De Nederlandse Veiligheidsbranche roept het kabinet op streng op te treden tegen schijnzelfstandigheid. De regering heeft aangekondigd vanaf 1 januari te gaan handhaven op de regels voor zzp’ers, maar werkgevers krijgen dan nog geen boete als zij kunnen aantonen stappen te zetten tegen schijnzelfstandigheid. De brancheorganisatie vindt echter dat bedrijven die de regels overtreden daardoor onterecht worden ontzien. “En beveiligers die zich wel aan de wet hebben gehouden, worden benadeeld.”
Door het handhaven van de regels voor zelfstandigen zouden werkenden volgens het kabinet meer zekerheid moeten krijgen en schijnconstructies worden uitgebannen. De wet die bedoeld is om een einde te maken aan deze misstand op de arbeidsmarkt werd al in 2016 van kracht, maar tot dusver werd alleen opgetreden in gevallen van overduidelijk misbruik.
Volgens de Nederlandse Veiligheidsbranche is schijnzelfstandigheid de afgelopen jaren een groot probleem geworden in de sector en gebruiken veel beveiligers een dergelijke constructie. “Een zogenoemde zzp’er die door een bedrijf wordt ingehuurd, krijgt in de meeste gevallen een uniform van dat bedrijf aan en doet wat de leidinggevende zegt”, aldus de branchevereniging. “Daarmee ontstaat een gezagsverhouding en dat betekent dat er een arbeidsovereenkomst is ontstaan.”
Hoger inkomen
Veel beveiligers zijn volgens de belangenvereniging zzp’er geworden “door de lokroep van een hoger inkomen” en laten zich vaak alleen inhuren onder gunstige voorwaarden, zoals het niet hoeven draaien van nachtdiensten. “Ook blijkt het met een deel van hen moeilijk om afspraken te maken. Bedrijven hebben hierdoor in toenemende mate planningsproblemen, terwijl de lasten vaak worden gedragen door vast personeel. Deze worden ook nog eens benadeeld doordat er minder wordt bijgedragen aan het verplichte pensioenfonds.”
Donderdagmiddag wordt in de Tweede Kamer een commissiedebat gehouden over de regels voor zzp’ers met minister Eddy van Hijum (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) en staatssecretaris Folkert Idsinga (Financiën).
